Bevrijding Oog in Al, 1945

De bevrijding lijkt aanstaande met de voedseldroppings boven Utrecht op 2 mei 1945. Maar zaterdag 5 mei verloopt zeer onrustig in Oog in Al. En het zal nog tot 7 mei duren voor de bevrijding kan worden gevierd.  Maar dan barsten de feesten los in de straten en op het Beethovenplein. In de weken erna komen er veel Canadese bevrijders in de wijk wonen en de weken worden maanden….

Voedseldroppings 2 mei

Op 2 mei 1945 lijkt de bevrijding aanstaande. Er vliegen bommenwerpers van de United States Army Air Force (USAAF)  laag over die op Lageweide, het stapelterrein van de Nederlandse Spoorwegen, voedsel droppen. Op de foto’s zien we de bommenwerpers overkomen op de Leidsekade met onder de J.P Coenbrug en Abel Tasmanbrug. Door de afgesproken tijdelijke wapenstilstand met de Duitsers worden de Amerikanen niet beschoten.

2 mei 1945, Amerikaanse bommenwerpers vliegen laag over bij de Leidsekade, met op de voorgrond de J.P Coenbrug, HUA

Het gaat om pakketten met suiker, stamppotten, sigaretten, melk, biscuit, rundvlees, chocola en corned beef. De Amerikanen noemen deze droppings ‘Operatie Chowhound’. Die naam is afgeleid van ‘chow’, dat eten of maaltijd betekent. Een ‘chowhound’ is iemand die graag en veel eet. In andere delen van het land zijn er voedseldroppings die door de Britten worden verzorgd onder de naam operatie ‘Manna’. Bewoners in Oog in Al rennen bij het horen van de Amerikaanse bommenwerpers naar buiten, zwaaien uit het raam of klimmen op het dak om te kijken. Een enkeling zwaait zelfs met een wit laken en dat is best gedurfd want de Duitsers lopen nog rond. De dag erna kunnen bewoners met voedselbonnen een gratis pakket ophalen. Zó gewenst, want er is sprake van een nijpend voedseltekort in de stad.

Affiche Voedselpakketten 3 mei 1945, foto J.P Hogeweg, HUA
De inhoud van een voedselpakket van operatie Chowhound met het zoontje van de fotograaf Nico Haagen ernaast. Foto: IJ.A. Haagen. HUA

Onrustige dag in Oog in Al 5 mei

Terwijl een groot deel van Nederland is bevrijd zit op 5 mei in Utrecht de NSB-burgemeester Van Ravenswaay nog stevig in het zadel. Die dag is het onrustig in Oog in Al. De mannen van de Binnenlandse Strijdkrachten (BS) van gewest III (Oog in Al) denken dat de oorlog is afgelopen en  verzamelen zich in de Johan de Wittschool om daar een commandopost in te richten. De school is inmiddels verlaten door de mannen van de Duitse Kriegsmarine die vanaf 1942 in de school hebben gebivakkeerd. De school is behoorlijk uitgewoond. Enkele van de BS’ers halen wapens op uit hun depot in Oudenrijn en brengen deze met twee bakkerskarren naar het Beethovenplein. Ze worden omringd door juichende kinderen. Wijkcommandant Van Veenendaal van de BS vindt de actie niet verantwoord, er is nog geen enkele geallieerde soldaat gesignaleerd en deze actie trekt de aandacht. Zelf haalt hij met een geleende auto van garagebedrijf Jongerius onopvallend de rest van de wapens op.

5 mei 1945, manschappen van de Binnenlandse Strijdkrachten verzamelen op het schoolplein van de Johan de Wittschool op het Beethovenplein in de vooronderstelling dat de oorlog is afgelopen, foto’s Het Utrechts Archief

Rond het middaguur komen er opeens enkele Landwachters van de NSB op het Beethovenplein die beginnen te schieten. Er vallen geen slachtoffers want ze schieten in de lucht. Dan komt er Duitse militaire versterking, soldaten op de fiets met mitrailleurs en twee kanonnen. De BS’ers worden gevangengenomen. In de gymzaal van de school worden getrouwde en ongetrouwde mannen gescheiden. Vijftig ongetrouwde mannen worden meegenomen naar de gevangenis op het Wolvenplein. De rest komt met de schrik vrij.

Intocht bevrijders 7 mei

Op 6 mei rijden de eerste geallieerde soldaten de Biltstraat in.

6 mei 1945, de eerste Canadees in Utrecht, de dag voor de intocht op 7 mei, die handtekeningen uitdeelt, foto J.Dees, HUA

De politieke gevangenen op het Wolvenplein worden om 16.30 uur vrijgelaten waaronder de 50 man uit Oog in Al. Familieleden staan klaar om hen te verwelkomen. Bij hun vrijlating zingen ze vol overtuiging het Wilhelmus.

6 mei 1945 16.30 uur, politieke gevangenen in gevangenis Wolvenplein, waaronder de 50 man van de Binnenlandse Strijdkrachten uit Oog in Al, worden vrijgelaten en opgewacht door familieleden en vrienden, foto’s HUA

Op 7 mei 1945 kunnen eindelijk de vlaggen uit in Oog in Al en Utrecht. Canadese en Britse troepen komen vanaf De Bilt de stad in rijden en worden groots onthaald.

7 mei intocht bevrijders in Utrecht, hier met een truck vol met Canadezen en blije mensen, foto A.M. Stirton, National Archives of Canada, HUA

Een BBC-correspondent die meerijdt op één van de eerste pantserwagens noemt het onthaal onbeschrijfelijk. Het enthousiasme van de Utrechtse bevolking overtreft volgens hem die van Parijs. Ook heeft de intocht volgens hem trekken van een bloemencorso; overal en nog eens overal ziet hij bloemen.

Verslag van de BBC correspondent in Het Belangrijkste Nieuws van 8 mei 1945, onthaal in Utrecht groter dan in Parijs. Foto onder: correspondent in de Voorstraat maakt foto’s van de intocht vanuit de auto, HUA

Boudewijn van der Vlist die destijds op Mozartlaan 31 woonde: Ik herinner me dat we naar het Stationsplein gingen om de Canadezen in hun militaire voertuigen te verwelkomen. Wij jongetjes werden door de ouderen op het platte dak boven de ingang van het toenmalige Buurtstation gehesen waar wij stonden te juichen terwijl de Canadezen zwaaiend en lachend langs reden.

Proclamatie van Wilhelmina die in de stad wordt opgehangen, Nederland herrijst, HUA

De Duitsers geven zich over. Burgemeester Ter Pelkwijk komt terug in het stadhuis. Maar ergens anders in de stad gaat het op 7 mei nog goed fout. Een groep van twaalf leden van de Binnenlandse Strijdkrachten is die ochtend naar de stad getogen om Duitsers te ontwapenen. Zij weten op dat moment niet dat die taak alleen de geallieerde strijdkrachten toekomt. Onder hen bevindt zich Hans van Ameijde van de Mozartlaan 30. Bij aankomst bij het Rosarium in Oudwijk ontstaat er een vuurgevecht tussen de B.S. en enkele Duitsers. De Duitsers weigeren zich over te geven aan de B.S. Tien verzetsstrijders komen om. Hans raakt slechts gewond en is één van de twee overlevenden. Later op diezelfde dag rijden de bevrijders langs het Rosarium waar eerder die dag de tien B.S.’ers zijn omgekomen.

7 mei 1945 Canadezen komen na het schietincident later opde dag langs het Rosarium, HUA

Op 11 mei is er een herdenkingsdienst in de Nicolaikerk en staat Utrecht stil bij de omgekomen Utrechtse leden van de B.S. De vlaggen zijn met rouwcrêpe samengebonden en in de kerk hangt de geur van rozen, meidoorns en paarse seringen, aldus een verslag van de dienst. Onder grote belangstelling worden de B.S.’ers begraven op de 3e Algemene Begraafplaats Tolsteeg. Prins Bernhard betuigt zijn deelneming en namens de burgemeester wordt er een palmtak bij de graven gelegd. Hans van Ameijde uit Oog in Al is bij de plechtigheid aanwezig, als enige zittend op een stoel, met zijn arm in een mitella. Op 5 mei 1947 wordt op de Prinses Marijkelaan de zwerfkei onthuld met daarop de namen van de omgekomen mannen van de BS.

De gewonde Hans van Ameijde van de Mozartlaan 30 woont op 11 mei de begrafenis bij van zijn omgekomen medestrijders van de Binnenlandse Strijdkrachten, HUA

Na de zegetocht door de binnenstad rijden er ook tanks en pantserwagens via de Leidseweg naar Oog in Al. De vader van Ed.Schulte, de architect H.E. Schulte, Leidseweg 65 bis a, filmt de Canadezen op weg naar Oog in Al (en verder de stad uit richting Leiden).

 

Een Canadese tank op de Muntbrug ter hoogte van de Munt op weg naar Oog in Al, still uit opnames van Jan Jongerius, Bevrijding en divers, HUA

Commandopost Johan de Wittschool

In de Johan de Wittschool op het Beethovenplein wordt er een commandopost ingericht door de politie samen met de BS. Ze vormen een arrestatieteam om ‘foute’ Nederlanders te arresteren. Er bestaat een lange lijst met namen van mensen die gearresteerd moeten worden. Maar de politie en de BS  hoeven die eerste dagen niet zelf op pad. Dat doen de buurtbewoners wel voor hen. Buren van NSB’ers komen ze zelf brengen en dit gaat gepaard met een hoop lawaai. Je hoort zo’n stoet al van verre aankomen. Er worden anti NSB-liederen gezongen en er wordt gescholden en gespuugd.

Stoet van bewoners en BS uit Oog in Al die NSB’ers aanbrengen bij de Johan de Wittschool, foto J.G. de Graaf, HUA

Als een NSB’er binnen is gebracht wordt deze kort verhoord en vastgezet en ‘s avonds op een platte wagen naar de gevangenis op het Wolvenplein gebracht. Zo gaat dit dagen achtereen. Op het Beethovenplein worden de NSB-vlag en het portret van Adolf Hitler onder veel bekijks bij de schuilkelder verbrand.

Foto’s van het verscheuren en verbranden van NSB-attributen op het Beethovenplein naast de schuilkelder, HUA

Don Brandsma: Met leedvermaak zagen wij hoe de NSB-ers en de moffenmeiden werden opgepikt of kaalgeschoren. August Agasi (1941) van de Dantelaan: En er was na de oorlog hier een mevrouw met een kaalgeschoren hoofd in de straat, maar dat heb ik uit de overlevering. Miep Wijnen herinnert zich een beeld van vrouwen op een vrachtwagen met kale koppen.

In Park Oog in Al wordt het bord Verboden voor Joden: Voor NSB’ers verboden.

Het bord Voor Joden verboden in Park Oog in Al wordt Voor NSB’ers verboden, foto J.G. de Graaf, HUA

Dansen in de wijk

Daarna is het feest! Er wordt veel gedanst en gezongen in de straten van Oog in Al. Het Beethovenplein en de tuin bij Rhijnlust- de operatuin- zijn de centrale feestplekken. Overal hangen de vlaggen uit. De bevrijdingsfeesten barsten los. Ook in Oog in Al volgen er dagenlang bevrijdingsfeesten en wordt de Hokey Pokey gedanst en gezongen. Miep Wijnen-van Veenendaal (1938) uit de Franz Schubertstraat 21 weet nog dat haar moeder de slaapkamer aan de voorkant van het huis binnenkwam waar ze met haar broertje lag te slapen. Willem en Miepie, de oorlog is voorbij! Haar moeder vertrekt daarna naar het Beethovenplein om mee te dansen. Om de schuilkelder in het midden van het plein (waar nu het grasveld is) wordt er in een grote kring gedanst door vrolijke en uitgelaten buurtbewoners. Miep krijgt de volgende dag een oranje strik, een sjerp en een vlaggetje.

Bevrijdingsfeesten in Oog in Al, vlak na de bevrijding óf op 1 september 1945 bij de viering van Koninginne- en Bevrijdingsdag. Collectie Tini Ferwerda.

Trudy Tolsma van de Dantelaan 61 herinnert zich: Ik zat als 8-jarige met mijn 4-jarig zusje op de vensterbank van onze slaapkamer. We moesten natuurlijk in bed liggen, maar het was nog licht, dus… We keken uit op de Dantelaan die verlaten was. Sperrzeit? INEENS…vlogen alle voordeuren tegelijk open (zo herinner ik mij het, maar ongetwijfeld begon het met één voordeur) en de straat stroomde vol mensen die zich in onze kinderogen heel vreemd gedroegen. Al die grote mensen, altijd netjes in de plooi, en nu zongen en dansten en sprongen ze, en ze riepen: ‘We zijn bevrijd, we zijn bevrijd’.

Jacob Waterborg van de Dantelaan 53 maakt feestliederen op de melodie van Lili Marleen en Jamboree en laat dit op oranje papier drukken bij de rooms-katholieke drukkerij Lumax aan het Ondiep, waar hij commissaris is. Dit is de drukkerij van de rooms-katholieke vakbeweging waar in de jaren ’30 ook de Volkskrant wordt gedrukt.

Feestliederen gemaakt door Jacob Waterborg van de Dantelaan, 8 mei 1945. Collectie familie Waterborg.

En op de melodie van Jamboree:

De piano van de familie Waterborg wordt op een handkar gezet en zo trekken ze door heel Oog in Al. Zoon Harm Waterborg speelt op de piano. Vader zingt. De verloofde van Harm, Ruth Wijburg deelt de teksten uit. Trudy Tolsma herinnert zich deze uitbundige taferelen en dat ook haar vader deelnam aan de festiviteiten rond de feestliederen van Waterborg. In de hele buurt wordt de hokey pokey gedanst. Trudy: Op de Joseph Haydnlaan waar de Canadezen gelegerd waren was het ’s avonds een gezellige boel met muziek en dansen. We dansten in een grote kring een groepsdans die de hokie pokie heette (later toen ik in Canada woonde wist ik dat het hockey-cokey was). Het was een dolle tijd. En: er werden 2 liedjes verspreid, gedrukt op oranje papier en op de wijs van ‘Lili Marlene’ en ‘Jamboree’, deze waren bij iedereen bekend en werden met veel enthousiasme gezongen. En Trudy kan nog steeds de teksten van enkele coupletten van de liederen van Jacob Waterborg uit haar hoofd opzeggen! De Canadezen namen het lied hokey-pokey mee naar Nederland bij de bevrijding in 1945. De tekst luidt:

Hockey Pokey

You put your right foot in
You put your right foot out
You put your right foot in
And you shake it all about

You do the hokey pokey
And you turn yourself around
That’s what it’s all about

Left foot
You put your left foot in
You put your left foot out
You put your left foot in
And you shake it all about

En na de rechter- en linkervoet zijn de de rechter- en linkerarm aan de beurt.

Ook herinnert Trudy zich een buurtfeestje bij de buren. Op een gegeven moment liepen er door de straat (Dantelaan, AW) twee militairen met geweer. Later zouden we weten dat het Canadezen waren, gelegerd in het Militair Hospitaal of in barakken op de J.Haydnlaan. Deze twee soldaten werden met veel enthousiasme door het gezelschap binnengehaald en behandeld alsof zij persoonlijk met z’n tweeën ons hadden bevrijd. Die jongens wisten niet wat hun overkwam! Ik zie nog hun geweren in de kamer tegen de muur staan. Ze waren ongeveer net zo lang als ikzelf was.

Bevrijdingsfeesten in Oog in Al. Canadees op de schouders in de Mendelssohnstraat. Collectie Tini Ferwerda.

Don Brandsma (1934) uit de Handelstraat 28: elke zaterdag avond na de bevrijding werd er gedanst op het Beethovenplein. Boudewijn van der Vlist: Ik herinner mij nog de feestelijke mensen op straat en gekeurde lampjes in de bomen van het park, terwijl er in de Händelstraat of daar in de buurt gedanst kon worden. Oud-bewoners Philip Stenger en Trudy Tolsma weten nog dat de Canadezen een zeepkistenrace organiseerden op de Lessinglaan. Er werd een hoge stellage gebouwd in de buurt van de Spinozabrug, die toen nog in aanbouw was waardoor er nog geen doorgaand verkeer was. En daar kon je dan vanaf racen in zelf gemaakte primitieve houten karretjes, de zgn. zeepkisten. Dit was wel iets voor waaghalzen!

Straten die vernoemd waren naar een Joodse componist krijgen weer hun oorspronkelijke naam terug. Vivaldistraat wordt weer Mendelssohnstraat en de Brucknerstraat weer Mahlerstraat.

Duitsers eruit, Canadezen erin.

De eerste weken na de bevrijding stellen de Canadezen orde op zaken. Duitsers worden ontwapend. Het Militair Gezag wordt 11 mei ingesteld onder leiding van Baron van Boetzelaar. En voor de Canadezen komt er een Town Major (de plaatselijke commandant van de strijdkrachten) Lieutenant Colonel D. Stewart Holt in Utrecht, die kantoor houdt op het Janskerkhof 1.

Gevorderde huizen Oog in Al

Bewoners die denken dat ze na de bevrijding weer in hun eigen (tot voor kort door de Duitse Kriegsmarine gevorderde) huis kunnen wonen hebben het goed mis. Naast de gebouwen worden er ruim vijftig huizen van particulieren in Oog in Al door de geallieerde militairen gevorderd. En als je het er niet mee eens bent moet je bij de Town Major zijn op het Janskerkhof want die bepaalt welke huizen in beslag genomen blijven. Vorderingspapieren worden door hem afgegeven.  Het gaat in Oog in Al om de huizen aan de Joseph Haydnlaan 21 t/m 49 en 55 t/m 59, Lessinglaan 83 t/m 111, Von Weberstraat 2 t/m 26 en Beethovenlaan 46 t/m 50.

Een bijzondere vondst Joseph Haydnlaan 47

Joseph Haydnlaan 47(o.a.) gevorderd door The Town Major, HUA

Bij een verbouwing een kleine 50 jaar later vinden de bewoners Cees en Els van de Joseph Haydnlaan 47 tussen de vloerplanken allerlei materiaal dat herinnert aan de aanwezigheid van Canadese bevrijders in hun huis. Waaronder een opgepropte en gehavende krant The Maple Leaf for Canadian Forces in Europe, uit juli 1945. Bijzonder is dat juist in deze krant aandacht wordt besteed aan the New ‘Frat’ Problem in Utrecht. Nederlandse jongens zijn jaloers op de Canadezen die er met ‘hun meisjes’ vandoor gaan. Ze verspreiden pamfletten waarin ze de meisjes die ‘té vriendelijk’ omgaan met Canadese soldaten waarschuwen omdat het anders weleens verkeerd met ze zou kunnen aflopen, waarbij ze verwijzen naar het kaalscheren van ‘de moffenmeiden’ die collaboreerden met de Duitsers.

Ook vinden de bewoners van nr.47 post uit juli 1945 gericht aan iemand van de B.Squadron, Army Overseas:

En veel chocoladewikkels, lucifers en lege sigarettendoosjes, not for resale. Waaronder het gewilde merk Sweet Caporal.

Maar er worden ook persoonlijke spullen zoals een tandenborstel, een knoop in de kleur legergroen en medische hulpmiddelen zoals verbandgaas (shell dressing) gevonden.

De bewoners bewaren deze attributen zorgvuldig en hebben er mooie collages van gemaakt die de tand des tijds hebben doorstaan.

Gevorderde gebouwen Oog in Al

Naast de woningen van particulieren worden ook de tot voor kort door de Duitsers gevorderde gebouwen in de wijk door de Canadezen in beslag genomen.

August Agasi (1941) van de Dantelaan herinnert zich: Het was op de Lessinglaan een komen en gaan: Duitsers eruit, Canadezen erin. Er stonden toen gewéldige grote wasserij-auto’s daar voor de deur. En ik kwam weleens trots thuis met een halve cake…. maar die werd afgepakt door Bernard Verhoeven, zoon van de architect. Ik kwam niet met mijn trofee thuis.

Het Homeopathisch Ziekenhuis is al vanaf 11 mei bezet. Canadezen blijven er tot 3 juni. Op 26 mei worden Rusthuis de Wartburg, vanaf nu: The Alms House en Huize Welgelegen aan de Leidseweg gevorderd. Het Militair Hospitaal ondergaat een zelfde lot (zonder vorderingsbewijs). Brandsma uit de Händelstraat: Er kwamen Amerikaanse en Engelse soldaten (waarschijnlijk Canadese soldaten, AW)  in het Militair Hospitaal. Er kwam er ook één regelmatig bij ons thuis, dat was Victor. En als we in het Amsterdam-Rijnkanaal gingen zwemmen lieten de soldaten ons onderwater zwemmen: wie het verst kwam kreeg een sigaret of een pakje kauwgom. Op het perkje op de Joseph Haydnlaan gingen de soldaten vaak sporten en toen zagen wij voor het eerst Volleybal. Tini Ferwerda uit de Mendelssohnstraat: Bij het Militair Hospitaal kregen wij bij de keuken krentenbollen van de Canadezen.

Tini Ferwerda aan de hand van een Canadese militair op de Joseph Haydnlaan met op de achtergrond Het Militiar Hospitaal. Tini herinnert zich de krentenbol die ze toen kreeg! Collectie Tini Ferwerda

Ook de door de Duitsers aangelegde barakken op de Joseph Haydnlaan worden door de Canadezen overgenomen, the Hutted Camp. In Het woonhuis Rhijnlust van De Heer F. C. van Beusekom op de Richard Wagnerlaan 22 komen van 18 mei tot 6 november Canadezen, alsmede the shed behind the houses. Het Rode Kruis heeft in Rhijnlust ook nog tijdelijk een post tot oktober 1945. Het Theehuis in Park Oog in Al, omgedoopt in Restaurant The Tea Garden wordt per half mei in beslag genomen door de Canadezen tot 12 juni. Hierna maakt de Kaderschool van de Binnenlandse Strijdkrachten gebruik van het Theehuis (van 20 juni tot 6 oktober). De pachter van het theehuis krijgt voor de hele periode van vordering door de Canadezen een vergoeding van 443,33 gulden uitgekeerd.

Theehuis Oog in Al, The Tea Garden, gevorderd door de Town Major, HUA.

In Hotel-Café Restaurant Den Hommel wordt per 8 mei een Canadees legeronderdeel ondergebracht tot 31 oktober. Over deze periode hoeft de huurster geen huur te betalen aan de gemeente. De huur voor een jaar wordt geschat op 3453 gulden.  De Johan de Wittschool op het Beethovenplein wordt van 7 mei tot 7 augustus eerst door de Binnenlandse Strijdkrachten en de politie gebruikt waarna alsnog Canadezen er tot 20 oktober 1945 intrekken. De ouders van de leerlingen vinden het ondertussen wel welletjes. Eerst zit de Duitse Kriegsmarine in de school en dan nu weer de B.S. en daarna de Canadezen. De kinderen moeten al die jaren buiten de wijk elders naar school. De oudercommissie stuurt een brief naar de gemeente met het verzoek de school weer vrij te geven. Als de Canadezen op 20 oktober 1945 de school verlaten blijkt het gebouw na al die jaren volledig uitgewoond. Een maand later wordt de school weer in gebruik genomen. De van oorsprong Duitse barakken op de Joseph Haydnlaan doen nog een tijdje dienst als noodopvang voor de kleuters. De ouders zijn verontwaardigd. Die vunzige vochtige keten zijn geen geschikte plek voor kleuters. Het stinkt daar, er zitten vlooien en de kinderen komen ziek thuis.

Oproep in het Parool 28 mei

In het Parool van 28 mei 1945 plaatst de Dienst Inkwartiering uit Utrecht een oproep. Wie heeft er een plek in huis voor een geallieerde militair?

Ook bewoners in Oog in Al reageren. Ze geven veelal aan wel over een badkamer te beschikken maar dat er door gebrek aan gas, kolen en elektriciteit geen warm water beschikbaar is. De heer P.F. Dijk uit de Byronstraat 34, beschikt over een slaapkamer of zit-slaapkamer en de badkamer is voorzien van een bad en douche. C. Entrop uit de Mendelssohnstraat 63 beveelt zich aan als Wij spreken Engelsch en Fransch. J.H.M. Elfrink uit de Dantelaan 76 heeft een zit- slaapkamer met stroomend water in de aanbieding evenals W.J. Muuse uit de Chopinstraat 31, maar hier kan de badkamer ook gebruikt worden.

J.H.Blömer van de Lessinglaan 52 heeft een bescheiden kamer met opklapbed ter beschikking maar dit hoeft geen probleem te zijn want voor de rest kan de geallieerde militair deelnemen aan het huiselijk verkeer.

Mevrouw C.M. Recht-den Ouden op de Lessinglaan 64 heeft meerdere kamers beschikbaar, maar het bad is onbruikbaar door het gebrek aan gas en elektriciteit. Op de Lessinglaan 69 biedt H.J.Harmsen een kwartier aan dat bestaat uit een klein kamertje met opklapbed, te bescheiden voor een officier maar voor een onderofficier of lager zeer geschikt. De bewoners van de Mozartlaan 29 sturen een uitgebreide brief. Ze staan voor Hollandse gul- en gastvrijheid. Ze hebben een kamer van 4×3 meter beschikbaar met uitzicht op Park Oog in Al. De zoon des huizes heeft belangstelling voor de land- en bosbouw in Canada en daarom heeft een Canadees de voorkeur.

Reactie op de oproep in het Parool op 28 mei van de bewoners van de Mozartlaan 29. De Dienst Inkwartiering heeft de verzoeken om ‘een Canadees’ met rood onderstreept, HUA

Op de Kanaalweg 102 biedt P. Koppenberg een zit-slaapkamer aan met uitzicht op het kanaal. Op de Everard Meijsterlaan 61 heeft  Mevr. S. Veltkamp-Schaaf de voorkeur voor een officier in huis, evenals Ir.W.H.Tromp, directeur van de EMI (Electronische Mechanische Industrie) op de Petrarcalaan 40: een officier gewenst. Er wordt in huize Tromp vlot Engelsch gesproken. Maar ook hier is er alleen koud stroomend water.

Een Canadees in huis

Bij de familie Van Veenendaal in de Franz Schubertstraat 21 wordt er een Canadese militair  ondergebracht. Dochter Miep Wijnen-van Veenendaal (1938): bij ons in huis heeft een Canadese soldaat gelogeerd. Er was op dat moment plek in huis omdat mijn twee oudste broertjes nog in Dedemsvaart zaten. Ze zijn daar in de oorlog ondergebracht. Ik weet nog goed dat de Canadees op het kamertje voor sliep en dat ik hem mocht roepen voor het eten. Dan klopte ik op de deur en kreeg ik een reep chocolade!

Franz Schubertstraat 21, inkwartiering van een Canadees bij de familie Veenendaal-Spiekman, met links voor Miep (7 jaar) en haar broertje Willem (5 jaar) met vader Veenendaal, collectie Miep Wijnen-Veenendaal
Wikkel van chocolade uit Canada, gevonden bij verbouwing Joseph Haydnlaan 47, collectie Cees en Els de Jong

Ook de familie Wesselink uit de Mendelssohnstraat 39 biedt onderdak aan een Canadese militair. Zijn naam is Mike Sorochynski (1916) uit Winnipeg Canada. Mike is getrouwd met Rose en heeft een zoontje Henny (geboren in 1940). Mike kan goed opschieten met de familie Wesselink en de al wat oudere zoons Willem (1933-2020) en Rinus (1929-2024). Op de foto van kinderen in de Mendelssohnstraat met Canadezen zit Willem Wesselink (11 jaar) links vooraan en Rinus achteraan met bril.

Kinderen in de Mendelssohnstraat met Canadezen, Tini zit schuin achter Wim Wesselink als tweede van links, collectie Tini Ferwerda

Mike vindt Holland a beautiful country en de familie Wesselink zeer gastvrij. Vader Derk Willem Wesselink werkt bij de Spoorwegen en moeder Aaltje is onderwijzeres. Mike blijft tot december 1945 bij de Wesselinks in huis en vertrekt op 22 december van dat jaar vanuit Southhampton Engeland met de Queens Elisabeth naar New York. Onderweg is het onstuimig weer en met Kerst zitten ze nog aan boord en wordt er een heus kerstdiner geserveerd bestaande uit turkey, nice creamed potatoes, peas & cranberrysauce, Christmas pudding, candy & nuts & fruit. Waaraan Mike toevoegt It was very nice, if you could eat (als je niet zeeziek was).

Correspondentie van de Canadese militair MIke Sorochynski met de familie Wesselink in de Mendelssohnstraat 39, collectie Rinus Wesselink

De familie Wesselink en Sorochynski houden de eerste jaren na de oorlog contact. Rond Kerst 1945 ontvangen de Wesselinks een kerstkaart met Christmas Greetings vanuit Canada. Rose schrijft er een briefje bij. Haar echtgenoot Mike is nog niet thuis maar komt eraan (hij arriveert 28 december in New York en komt 31 december thuis). Rose heeft de familie Wesselink weliswaar niet persoonlijk ontmoet maar ze beschouwt ze als zeer goede vrienden. Dit omdat de familie zo gastvrij en vriendelijk is geweest voor haar echtgenoot Mike. Zo belangrijk als je ver van huis bent. Ze mist Mike enorm  en hoopt dat er nooit meer een oorlog komt.

Weken worden maanden

Tot oktober, november 1945 blijven de Canadezen nog in de wijk en in de stad. Na de bevrijding in mei is de verwachting nog dat ze wel snel weer zullen vertrekken, net zoals de Britse soldaten die eind mei naar huis gaan. Maar er blijkt onvoldoende scheepsruimte beschikbaar te zijn voor de repatriëring. In Nederland wachten er zo’n 170.000 Canadezen op hun terugreis. Voor Utrecht zijn er geen precieze aantallen bekend. Een schatting komt uit op ca 15 à 20.000 Canadese militairen. En dat op een inwonertal van rond de 200.000 in Utrecht op dat moment.

Zwarte markt

Naarmate de tijd vordert tiert de zwarte handel welig. Vooral de Canadese sigaretten (het merk Sweet Caporal is favoriet) zijn enorm in trek.

Op de zwarte markt bestaat er een enorm verschil tussen de inkoop- en verkoopprijs. Ondanks een streng verbod, not for resale, doet de meerderheid van de Canadezen hier aan mee. Een soldaat kan zich door zijn familie vanuit Canada 1000 sigaretten laten opsturen voor drie dollar en ontvangt daarvoor op de zwarte markt in Nederland duizend gulden. In juni 1945 vraagt dagblad De Waarheid zich af wanneer er eens een einde komt aan de zwarte handel op het Vredenburg. Een busje poederchocolade van één ons gaat weg voor 20 gulden, een busje tabak van ca 30 gram voor 30 gulden en een doosje cigaretten van 20 stuks voor 25 gulden. Een tablet chocolade kost 7,50 gulden. Ook worden er horloges of andere waardevolle spullen geruild voor sigaretten en chocolade.

Koninginnedag én Bevrijdingsdag op 31 augustus en 1 september 1945

De eerste Koninginnedag na de bezetting wordt groter dan ooit, de bevrijding wordt namelijk ook gevierd. Iedereen heeft vrij, de winkels zijn gesloten en overal zie je vlaggen en oranje. Koningin Wilhelmina is op 31 augustus jarig en het feest wordt over twee dagen uitgesmeerd. Op de tweede dag, 1 september, worden er in Utrecht overal grote allegorische-historische optochten georganiseerd. Tijdens de optochten worden er veel situaties uit de oorlog nagebootst. In de binnenstad komt Prinses Juliana kijken en zij staat samen met burgemeester Ter Pelkwijk en de Canadese Town Major Stewart Holt op het bordes van het stadhuis.

1 september 1945 viering Koninginedag én Bevrijdingsdag in Utrecht, voor het stadhuis Prinses Juliana, met rechts van haar burgemeester Ter Pelkwijk en helemaal links de Canadese Town Major Stewart Holt, HUA

Ook in Oog in Al worden de bevrijdingsfeesten op 1 september gevierd. Kinderen gaan in optocht door de wijk met versierde fietsen en wagentjes. En tijdens de optocht worden er attributen uit de oorlog en van de bevrijding getoond. In 1946 wordt door de regering besloten dat Bevrijdingsdag voortaan op 5 mei  plaatsvindt, de dag van de capitulatiebesprekingen in Wageningen.

1 sepember 1945 viering Koninginnedag/ Bevrijdingsdag in Oog in Al, met wagentje 37 en strik in het haar Tini Ferwerda, bij de boomgaard in de Händelstraat waar nu winkels zijn en de Dominicusschool. Collectie Tini Ferwerda
1 september 1945. Verzamelen voor de optocht in de Beethovenlaan. Collectie Tini Ferwerda

1 september 1945, de historische optocht in Oog in Al. Leve onze Bevrijders met attributen van de voedseldroppings van 2 mai 1945, zoals de blikken waar het voedsel in zat. HUA foto J.G. de Graaf.

Vertrek Canadezen

In het najaar van 1945 vertrekken de meeste Canadezen uit Utrecht en ook uit Oog in Al. Burgemeester Ter Pelkwijk ontvangt ter afscheid op 29 oktober een deputatie van de vertrekkende Canadezen op het stadhuis. De meeste bezette gebouwen en huizen in de stad en in de wijk worden rond oktober, november 1945 vrijgegeven. Bewoners kunnen eindelijk na jaren terug naar hun woning. Als tegemoetkoming ontvangen ze een schadevergoeding die afhankelijk is van de duur van de inbeslagname en de schade aan het interieur. Met de afwikkeling ervan is de gemeente nog jaren bezig. Begin december zijn er nog zo’n 600 Canadezen in en rond Utrecht aanwezig en in januari 1946 zijn zo goed als alle Canadezen vertrokken.

De vlaggenmast op het Beethovenplein

Ter gelegenheid van de verjaardag van kroonprinses Juliana op 30 april 1946 krijgt Oog in Al zijn eerste vlaggenmast. Het Nieuw Utrechts Dagblad schrijft: Op dezelfde plaats waar 5 mei 1945 de NSB-vlag werd verbrand (…) zal nu in Oog in Al op feestdagen de nationale driekleur wapperen.

Deze vlaggenmast wordt in 1957 vervangen door een 12 ½ meter hoge vlaggenmast die op een sokkel komt te staan, samen met het beeld Orpheus, God van de muziek, van beeldhouwer Jan van Luijn. Hier wordt bij herdenkingen en op feestdagen voortaan de vlag gehesen.

1957 Orpheus van beton en een nieuwe vlaggenmast op het Beethovenplein, HUA
Utrechts Nieuwsblad 20 april 1957

In 1969 wordt de betonnen versie van het beeld Orpheus in verband met vernielingen vervangen door de huidige bronzen versie. De 4 mei-herdenkingen worden jarenlang als volgt aangekondigd door de Oranje- en Wijkvereniging Oog in Al: herdenking van de gevallenen bij de vlaggemast op het Beethovenplein. Nog altijd vindt hier de jaarlijkse 4-mei herdenking plaats en wordt er een krans gelegd bij het beeld Orpheus van Jan van Luijn.

Bronnen
Met veel dank aan Tini Ferwerda, oud-bewoonster van de Mendelssohnstraat, voor de foto’s die rond de bevrijding gemaakt zijn door haar vader Jan Ferwerda.
Dank aan Cees en Els de Jong-Pleij voor ‘de bijzondere vondst’
Foto bovenaan: Bevrijdingsfeesten in Oog in Al, de Hokey Pokey dansend richting het Beethovenplein, collectie Tini Ferwerda
Sam Dekkers, Janny Ruardy, Gerdie Snellers en Anna Wits, Onder Ons Gezegd, Portret van de Utrechtse wijk Oog in Al. Utrecht 2018
Het Utrechts Archief/ Utrechts Nieuwsblad/ Delpher kranten
Jan van Luijn https://www.ooginalinbeeld.nl/het-hert/
De Canadezen in Oog in Al  https://www.ooginalinbeeld.nl/de-canadezen/
Overal Duitsers in Oog in Al https://www.ooginalinbeeld.nl/overal-duitsers/
Harm Waterborg van de Dantelaan een geschiedenisverhaal in 3 delen, hierbij deel 1: https://www.ooginalinbeeld.nl/harm-waterborg-1/ 

Dit vind je vast ook leuk

Een reactie op “Bevrijding Oog in Al, 1945”

  • Wolter Kamphuis · Edit

    Als oud Oog in alle’r 1957/1968 met veel plezier gelezen! Dank voor al het graafwerk….

    Reply
  • Ja, en dat was dus op mijn eerste verjaardag 😉

    Reply
  • Beste Anna, hartelijk dank ook voor dit deel geschiedenis. Mijn kindertijd kwam weer terug. Wat een enorm speur- en documentatiewerk. Ik heb het met groot plezier gelezen. Heb je het ook weer in boek/brochurevorm? Binnenkort ben ik weer in Utrecht. Hartelijke groet Emmy Beuks

    Reply
  • Nienke Scholten-Francken · Edit

    Beste Anna,
    Hartelijk dank voor de mooie en deskundige geschiedschrijving over de bevrijding.
    Ik heb het met veel plezier en interesse gelezen.
    Hartelijke groet
    Nienke Francken

    Reply
  • Dag Anna,

    Weer een doorwrocht historisch stuk over Oog in Al. Ik was daarbij op de foto’s maar kan het me niet herinneren. Na de oorlog zongen we als leerlingen op het schoolplein van de Johan de Wittschool spontaan anti-NSB-liederen zoals ‘Op de hoek van de straat et cetera’. Later doofde die gewoonte uit. In 1955 vierden we voor het eerst Bevrijdingsdag in Oog in Al met spelletjes. Op Beethovenplein 2 (op de hoek) zat een NSB-sigarenboer.

    Hartelijke groet,

    Ran

    Reply
    • Dank Ran! Ja op Beethovenplein 1 was de sigarenzaak van Van Beuzekom gevestigd. Hij was NSB-er en verleende in de oorlog regelmatig onderdak aan Duitse militairen. Al in 1938 adverteerde hij in Volk en Vaderland met zijn reisonderneming ‘Dietschland’ die ondermeer reizen naar de Rijkspartijdag in Neurenberg aanbood.

      Reply

Laat een antwoord achter

Uw emailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *